Johannes van den Bosch heeft al eerder aan de permanente commissie geschreven over de mogelijkheid van aardappelbrood, maar over het welslagen van zijn experiment en over het voorstel een bakkerij op te richten schrijft hij aan de permanente commissie dd 30 september 1822. Over de definitieve oprichting van de bakkerij schrijft hij op 4 januari 1823 en 6 januari 1823. Alle hierop betrekking hebbende citaten komen uit deze brieven.
Overigens is het de vraag of hij helemaal uitgeëxperimenteerd is: zijn mededelingen over de samenstelling van het brood wisselen nogal. Elders, Star 1823 pagina 605, zegt hij dat het bestaat uit 1 deel rogge en 3 deel aardappelen. Ik houd me bij zijn eerste melding.
Het geschil met Friesland is begonnen met een brief vann gedeputeerde staten die niet teruggevonden is. Wel is er de reactie erop van de pc dd 6 december 1821, de reactie er op van Johannes van den Bosch van diezelfde datum (‘op zijn best 20 families’), het antwoord van gedeputeerde staten dd 12 februari 1822 met bijgevoegd een brief van grietman Van Heloma van de grietenij Weststellingerwerf en een brief van de permanente commissie aan gedeputeerde staten van Friesland dd 4 maart 1822.
Particulieren uit de omgeving kunnen er dan wel om vragen, maar Johannes staat niet toe dat het aan hun verkocht wordt, ‘daar ik anders ongelegendheden met de ontvangers vrees’.
Over de goede smaak van het brood blijft Johannes aan de pc schrijven, bijvoorbeeld – ‘zuivere rogge’ – op 7 juli 1823, als hij op de vergadering van de commissie van weldadigheid van 15 juli 1823 heeft betoogd dat het aardappelbrood in de eerste plaats smakelijker is, voegt hij toe: ‘tot betoog van het eerste veroorloven wij ons eene proeve hiervan aan te bieden’, jaarverslag, ook in Star 1823 pagina 605.
De subcommissie Dordrecht protesteert op 17 juni 1823 tegen de paardebonen, waarop de pc zich op 22 juli verweert. Nog op 16 januari 1824 zal de schout van Koog aan de Zaan klachten van zijn pupillen over de bonen doorgeven, maar dan worden ze allang niet meer verstrekt.
Over aardappelbrood belegd met aardappelen schrijft de subcommissie Monnikendam op 5 december 1825.