Debougingen, p 276

Op 7 maart schrijft Benjamin dat de wees Gerrit Molen door de raad van policie tot één jaar Ommerschans is veroordeeld. Hij was op 21 januari, samen met de ook door Hoogeveen gezonden Jannes Kruik of Kuik, naar de kerk in Steenwijkerwolde gegaan maar nooit meer teruggekeerd. Er waren die dag nog twee jongeren weggelopen en die waren erin geslaagd de Duitse grens te bereiken, maar Molen en Kruik waren door gerechtsdienaren opgepakt en teruggevoerd. Gerrit Molen is dan vijfentwintig jaar. Jannes Kruik pas 16 en daarom komt die laatste er af met ‘eene ernstige correctie‘.

De toestanden rond Johannes Bosch worden beschreven vanuit:
- een brief van Johannes van den Bosch aan de pc dd 16 maart 1821, en
- een hele lange brief van kolonist Johannes Bosch dd 21 oktober 1821 waarin hij vanuit de strafkolonie Ommerschans terugblikt op alle gebeurtenissen op de kolonie. Die brief is ook de bron voor de volgende paragrafen en komt later in het boek ter sprake op bladzij 309 ev.

Het door de kolonist Bosch aan de generaal overhandigde rekwest is nergens teruggevonden. Het laat zich raden wat Johannes van den Bosch ermee gedaan heeft.