De directie stuurt met enige regelmaat staten met het aantal inwoners per kolonie, die eens in de zoveel tijd in de Star gepubliceerd worden. Bijvoorbeeld december 1821:
‘De gezamenlijke bevolking der koloniën was den 1 dezer:
kolonie no. 1. 383 zielen
2. 363
3. 738
4. 460
5. (Ommerschans) 29
6. 161
Totaal 2,134 zielen.’
. Onder ‘zielen’ worden zowel kolonisten als ingedeelden als ambtenaren begrepen.
Over de onderhandelingen met Brussel gaan de pc-notulen van 9 februari 1822, het contract met Delft wordt genoemd in de Star van februari. Delft wil ze alvast sturen, maar dat lijkt Johannes geen goed idee. Zolang de nieuwbouw er niet is, blijft het vluchtgevaar te groot. Delft besluit wel ze alvast op te pakken en dat had ze beter niet kunnen doen. De bedelaars blijven meer dan drie maanden in het stadhuis opgesloten, wat tot veel hinder en rumoer leidt.
Johannes stuurt op 6 april het bestek voor de nieuwbouw. Dat oorspronkelijke bestek is verloren gegaan, beschrijvingen van het gebouw komen uit andere bronnen, onder andere de Star 1822 pagina 562 plus 720 ev.
Over het onderwijs schrijven in 1822 de schoolmeesters regelmatig een verslag, wat wordt samengevoegd en soms van commentaar voorzien door Van Wolda. De informatie over het onderwijs hier en verderop in dit hoofdstuk is afkomstig uit die verslagen. Ze werden aan de permanente commissie gestuurd op 6 maart, 5 april, 8 mei, 7 juli en 5 september 1822.